Woordenlijst

Leer werkwoorden – Afrikaans

cms/verbs-webp/101890902.webp
vervaardig
Ons vervaardig ons eie heuning.
produceren
We produceren onze eigen honing.
cms/verbs-webp/106279322.webp
reis
Ons hou daarvan om deur Europa te reis.
reizen
We reizen graag door Europa.
cms/verbs-webp/32312845.webp
uitsluit
Die groep sluit hom uit.
uitsluiten
De groep sluit hem uit.
cms/verbs-webp/128159501.webp
meng
Verskeie bestanddele moet gemeng word.
mengen
Verschillende ingrediënten moeten worden gemengd.
cms/verbs-webp/132125626.webp
oorreed
Sy moet dikwels haar dogter oorreed om te eet.
overtuigen
Ze moet haar dochter vaak overtuigen om te eten.
cms/verbs-webp/121928809.webp
versterk
Gimnastiek versterk die spiere.
versterken
Gymnastiek versterkt de spieren.
cms/verbs-webp/120220195.webp
verkoop
Die handelaars verkoop baie goedere.
verkopen
De handelaren verkopen veel goederen.
cms/verbs-webp/106997420.webp
onaangeraak laat
Die natuur is onaangeraak gelaat.
onaangeroerd laten
De natuur werd onaangeroerd gelaten.
cms/verbs-webp/112970425.webp
ontsteld raak
Sy raak ontsteld omdat hy altyd snork.
boos worden
Ze wordt boos omdat hij altijd snurkt.
cms/verbs-webp/102169451.webp
hanteer
Mens moet probleme hanteer.
omgaan
Men moet met problemen omgaan.
cms/verbs-webp/98294156.webp
handel
Mense handel in gebruikte meubels.
handelen
Mensen handelen in gebruikte meubels.
cms/verbs-webp/62069581.webp
stuur
Ek stuur vir jou ’n brief.
sturen
Ik stuur je een brief.