Woordenlijst

Leer werkwoorden – Esperanto

cms/verbs-webp/125385560.webp
lavi
La patrino lavas sian infanon.
wassen
De moeder wast haar kind.
cms/verbs-webp/104302586.webp
ricevi reen
Mi ricevis la restmonon reen.
terugkrijgen
Ik kreeg het wisselgeld terug.
cms/verbs-webp/98082968.webp
aŭskulti
Li aŭskultas ŝin.
luisteren
Hij luistert naar haar.
cms/verbs-webp/32685682.webp
konsci
La infano konscias pri la disputo de liaj gepatroj.
bewust zijn van
Het kind is zich bewust van de ruzie van zijn ouders.
cms/verbs-webp/111063120.webp
konatiĝi
Fremdaj hundoj volas konatiĝi unu kun la alia.
leren kennen
Vreemde honden willen elkaar leren kennen.
cms/verbs-webp/99196480.webp
parki
La aŭtoj estas parkitaj en la subtera parkejo.
parkeren
De auto’s staan in de ondergrondse garage geparkeerd.
cms/verbs-webp/125376841.webp
rigardi
Dum la ferioj, mi rigardis multajn vidaĵojn.
bekijken
Op vakantie heb ik veel bezienswaardigheden bekeken.
cms/verbs-webp/107299405.webp
demandi
Li demandas ŝin pri pardonado.
vragen
Hij vraagt haar om vergeving.
cms/verbs-webp/59250506.webp
proponi
Ŝi proponis akvumi la florojn.
aanbieden
Ze bood aan de bloemen water te geven.
cms/verbs-webp/129002392.webp
esplori
La astronautoj volas esplori la kosmon.
verkennen
De astronauten willen de ruimte verkennen.
cms/verbs-webp/28581084.webp
pendi
Glacikonoj pendas de la tegmento.
hangen
IJsspegels hangen van het dak.
cms/verbs-webp/108580022.webp
reveni
La patro revenis el la milito.
terugkeren
De vader is teruggekeerd uit de oorlog.