Woordenlijst
Leer werkwoorden – Frans

arrêter
Je veux arrêter de fumer dès maintenant!
stoppen
Ik wil nu stoppen met roken!

sonner
Qui a sonné à la porte?
bellen
Wie heeft er aan de deurbel gebeld?

poursuivre
Le cowboy poursuit les chevaux.
achtervolgen
De cowboy achtervolgt de paarden.

changer
Le mécanicien automobile change les pneus.
vervangen
De automonteur vervangt de banden.

profiter
Elle profite de la vie.
genieten
Ze geniet van het leven.

traduire
Il peut traduire entre six langues.
vertalen
Hij kan tussen zes talen vertalen.

devenir
Ils sont devenus une bonne équipe.
worden
Ze zijn een goed team geworden.

créer
Il a créé un modèle pour la maison.
creëren
Hij heeft een model voor het huis gecreëerd.

écrire
Vous devez écrire le mot de passe!
opschrijven
Je moet het wachtwoord opschrijven!

mentir
Il ment souvent quand il veut vendre quelque chose.
liegen
Hij liegt vaak als hij iets wil verkopen.

progresser
Les escargots ne progressent que lentement.
vooruitgang boeken
Slakken boeken alleen langzame vooruitgang.
