Woordenlijst

Leer werkwoorden – Frans

cms/verbs-webp/79582356.webp
déchiffrer
Il déchiffre les petits caractères avec une loupe.
ontcijferen
Hij ontcijfert de kleine letters met een vergrootglas.
cms/verbs-webp/40326232.webp
comprendre
J’ai enfin compris la tâche !
begrijpen
Ik begreep eindelijk de taak!
cms/verbs-webp/75508285.webp
attendre avec impatience
Les enfants attendent toujours la neige avec impatience.
verheugen
Kinderen verheugen zich altijd op sneeuw.
cms/verbs-webp/125319888.webp
couvrir
Elle couvre ses cheveux.
bedekken
Ze bedekt haar haar.
cms/verbs-webp/47241989.webp
chercher
Ce que tu ne sais pas, tu dois le chercher.
opzoeken
Wat je niet weet, moet je opzoeken.
cms/verbs-webp/33493362.webp
rappeler
Veuillez me rappeler demain.
terugbellen
Bel me morgen alstublieft terug.
cms/verbs-webp/115207335.webp
ouvrir
Le coffre-fort peut être ouvert avec le code secret.
openen
De kluis kan worden geopend met de geheime code.
cms/verbs-webp/93697965.webp
tourner
Les voitures tournent en cercle.
rondrijden
De auto’s rijden in een cirkel rond.
cms/verbs-webp/30314729.webp
arrêter
Je veux arrêter de fumer dès maintenant!
stoppen
Ik wil nu stoppen met roken!
cms/verbs-webp/99769691.webp
passer
Le train passe devant nous.
voorbijgaan
De trein gaat aan ons voorbij.
cms/verbs-webp/106997420.webp
laisser intact
La nature a été laissée intacte.
onaangeroerd laten
De natuur werd onaangeroerd gelaten.
cms/verbs-webp/129244598.webp
limiter
Pendant un régime, il faut limiter sa consommation de nourriture.
beperken
Tijdens een dieet moet je je voedselinname beperken.