Woordenlijst
Leer werkwoorden – Engels (US)

pass by
The train is passing by us.
voorbijgaan
De trein gaat aan ons voorbij.

get along
End your fight and finally get along!
overweg kunnen
Stop met ruziën en kunnen jullie eindelijk met elkaar overweg!

happen
An accident has happened here.
gebeuren
Hier is een ongeluk gebeurd.

publish
The publisher puts out these magazines.
uitgeven
De uitgever geeft deze tijdschriften uit.

travel
He likes to travel and has seen many countries.
reizen
Hij reist graag en heeft veel landen gezien.

thank
He thanked her with flowers.
bedanken
Hij bedankte haar met bloemen.

protect
Children must be protected.
beschermen
Kinderen moeten beschermd worden.

destroy
The files will be completely destroyed.
vernietigen
De bestanden worden volledig vernietigd.

enter
The subway has just entered the station.
binnenkomen
De metro is net het station binnengekomen.

carry out
He carries out the repair.
uitvoeren
Hij voert de reparatie uit.

trust
We all trust each other.
vertrouwen
We vertrouwen elkaar allemaal.
