Woordenlijst
Leer werkwoorden – Engels (US)

fire
My boss has fired me.
ontslaan
Mijn baas heeft me ontslagen.

get by
She has to get by with little money.
rondkomen
Ze moet rondkomen met weinig geld.

promote
We need to promote alternatives to car traffic.
bevorderen
We moeten alternatieven voor autoverkeer bevorderen.

cut to size
The fabric is being cut to size.
op maat snijden
De stof wordt op maat gesneden.

deliver
Our daughter delivers newspapers during the holidays.
bezorgen
Onze dochter bezorgt kranten tijdens de vakantie.

delight
The goal delights the German soccer fans.
verheugen
Het doelpunt verheugt de Duitse voetbalfans.

think
Who do you think is stronger?
denken
Wie denk je dat sterker is?

get to know
Strange dogs want to get to know each other.
leren kennen
Vreemde honden willen elkaar leren kennen.

look up
What you don’t know, you have to look up.
opzoeken
Wat je niet weet, moet je opzoeken.

get used to
Children need to get used to brushing their teeth.
wennen aan
Kinderen moeten wennen aan het tandenpoetsen.

publish
The publisher puts out these magazines.
uitgeven
De uitgever geeft deze tijdschriften uit.
