Woordenlijst

Leer werkwoorden – Catalaans

cms/verbs-webp/78309507.webp
tallar
Cal tallar les formes.
uitknippen
De vormen moeten worden uitgeknipt.
cms/verbs-webp/115113805.webp
xatejar
Ells xatejen entre ells.
kletsen
Ze kletsen met elkaar.
cms/verbs-webp/64053926.webp
superar
Els atletes superen el salt d’aigua.
overwinnen
De atleten overwinnen de waterval.
cms/verbs-webp/81025050.webp
lluitar
Els atletes lluiten l’un contra l’altre.
vechten
De atleten vechten tegen elkaar.
cms/verbs-webp/90539620.webp
passar
A vegades el temps passa lentament.
voorbijgaan
De tijd gaat soms langzaam voorbij.
cms/verbs-webp/32312845.webp
excloure
El grup l’exclou.
uitsluiten
De groep sluit hem uit.
cms/verbs-webp/75423712.webp
canviar
El semàfor ha canviat a verd.
veranderen
Het licht veranderde in groen.
cms/verbs-webp/85677113.webp
utilitzar
Ella utilitza productes cosmètics diàriament.
gebruiken
Ze gebruikt dagelijks cosmetische producten.
cms/verbs-webp/125116470.webp
confiar
Tots confiem els uns en els altres.
vertrouwen
We vertrouwen elkaar allemaal.
cms/verbs-webp/119747108.webp
menjar
Què volem menjar avui?
eten
Wat willen we vandaag eten?
cms/verbs-webp/99769691.webp
passar per
El tren està passant per davant nostre.
voorbijgaan
De trein gaat aan ons voorbij.
cms/verbs-webp/83636642.webp
colpejar
Ella colpeja la pilota per sobre de la xarxa.
slaan
Ze slaat de bal over het net.