Woordenlijst
Leer werkwoorden – Catalaans

contractar
L’empresa vol contractar més gent.
aannemen
Het bedrijf wil meer mensen aannemen.

estimar
Realment estima el seu cavall.
houden van
Ze houdt echt veel van haar paard.

pertànyer
La meva dona em pertany.
toebehoren
Mijn vrouw behoort mij toe.

girar
Ella gira la carn.
draaien
Ze draait het vlees.

preguntar
La meva mestra sovint em pregunta.
aanspreken
Mijn leraar spreekt me vaak aan.

servir
Als gossos els agrada servir als seus amos.
dienen
Honden dienen graag hun baasjes.

explorar
Els astronautes volen explorar l’espai exterior.
verkennen
De astronauten willen de ruimte verkennen.

sobrecarregar
La feina d’oficina la sobrecarrega molt.
belasten
Kantoorwerk belast haar erg.

entrenar
Els atletes professionals han d’entrenar cada dia.
trainen
Professionele atleten moeten elke dag trainen.

cobrir
Ella ha cobert el pa amb formatge.
bedekken
Ze heeft het brood met kaas bedekt.

rebre
Puc rebre internet molt ràpid.
ontvangen
Ik kan zeer snel internet ontvangen.
