Woordenlijst

Leer werkwoorden – Engels (US)

cms/verbs-webp/21342345.webp
like
The child likes the new toy.
leuk vinden
Het kind vindt het nieuwe speelgoed leuk.
cms/verbs-webp/17624512.webp
get used to
Children need to get used to brushing their teeth.
wennen aan
Kinderen moeten wennen aan het tandenpoetsen.
cms/verbs-webp/115113805.webp
chat
They chat with each other.
kletsen
Ze kletsen met elkaar.
cms/verbs-webp/28642538.webp
leave standing
Today many have to leave their cars standing.
laten staan
Vandaag moeten velen hun auto’s laten staan.
cms/verbs-webp/78309507.webp
cut out
The shapes need to be cut out.
uitknippen
De vormen moeten worden uitgeknipt.
cms/verbs-webp/66787660.webp
paint
I want to paint my apartment.
schilderen
Ik wil mijn appartement schilderen.
cms/verbs-webp/62788402.webp
endorse
We gladly endorse your idea.
onderschrijven
We onderschrijven graag uw idee.
cms/verbs-webp/3819016.webp
miss
He missed the chance for a goal.
missen
Hij miste de kans op een doelpunt.
cms/verbs-webp/81025050.webp
fight
The athletes fight against each other.
vechten
De atleten vechten tegen elkaar.
cms/verbs-webp/73880931.webp
clean
The worker is cleaning the window.
schoonmaken
De werker maakt het raam schoon.
cms/verbs-webp/116835795.webp
arrive
Many people arrive by camper van on vacation.
aankomen
Veel mensen komen op vakantie met een camper aan.
cms/verbs-webp/90292577.webp
get through
The water was too high; the truck couldn’t get through.
doorkomen
Het water was te hoog; de truck kon er niet doorheen.