Woordenlijst

Leer werkwoorden – Engels (US)

cms/verbs-webp/123546660.webp
check
The mechanic checks the car’s functions.
controleren
De monteur controleert de functies van de auto.
cms/verbs-webp/21689310.webp
call on
My teacher often calls on me.
aanspreken
Mijn leraar spreekt me vaak aan.
cms/verbs-webp/60111551.webp
take
She has to take a lot of medication.
nemen
Ze moet veel medicatie nemen.
cms/verbs-webp/123519156.webp
spend
She spends all her free time outside.
doorbrengen
Ze brengt al haar vrije tijd buiten door.
cms/verbs-webp/96476544.webp
set
The date is being set.
vaststellen
De datum wordt vastgesteld.
cms/verbs-webp/28581084.webp
hang down
Icicles hang down from the roof.
hangen
IJsspegels hangen van het dak.
cms/verbs-webp/113671812.webp
share
We need to learn to share our wealth.
delen
We moeten leren onze rijkdom te delen.
cms/verbs-webp/102447745.webp
cancel
He unfortunately canceled the meeting.
annuleren
Hij heeft helaas de vergadering geannuleerd.
cms/verbs-webp/111160283.webp
imagine
She imagines something new every day.
voorstellen
Ze stelt zich elke dag iets nieuws voor.
cms/verbs-webp/124575915.webp
improve
She wants to improve her figure.
verbeteren
Ze wil haar figuur verbeteren.
cms/verbs-webp/122153910.webp
divide
They divide the housework among themselves.
verdelen
Ze verdelen het huishoudelijk werk onder elkaar.
cms/verbs-webp/63935931.webp
turn
She turns the meat.
draaien
Ze draait het vlees.