Woordenlijst
Leer werkwoorden – Engels (UK)
complete
Can you complete the puzzle?
voltooien
Kun je de puzzel voltooien?
respond
She responded with a question.
antwoorden
Ze antwoordde met een vraag.
pay attention to
One must pay attention to traffic signs.
opletten
Men moet opletten voor de verkeerstekens.
pass by
The two pass by each other.
voorbijgaan
De twee lopen elkaar voorbij.
miss
He missed the chance for a goal.
missen
Hij miste de kans op een doelpunt.
search
The burglar searches the house.
doorzoeken
De inbreker doorzoekt het huis.
come closer
The snails are coming closer to each other.
dichterbij komen
De slakken komen dichter bij elkaar.
tell
I have something important to tell you.
vertellen
Ik heb iets belangrijks te vertellen.
pay
She pays online with a credit card.
betalen
Ze betaalt online met een creditcard.
consume
She consumes a piece of cake.
consumeren
Ze consumeert een stukje taart.
invite
We invite you to our New Year’s Eve party.
uitnodigen
Wij nodigen je uit voor ons oudejaarsfeest.