Woordenlijst

Leer werkwoorden – Engels (UK)

cms/verbs-webp/120801514.webp
miss
I will miss you so much!
missen
Ik zal je zo erg missen!
cms/verbs-webp/100011426.webp
influence
Don’t let yourself be influenced by others!
beïnvloeden
Laat je niet door anderen beïnvloeden!
cms/verbs-webp/5135607.webp
move out
The neighbor is moving out.
verhuizen
De buurman verhuist.
cms/verbs-webp/113136810.webp
send off
This package will be sent off soon.
versturen
Dit pakket wordt binnenkort verstuurd.
cms/verbs-webp/19351700.webp
provide
Beach chairs are provided for the vacationers.
voorzien
Strandstoelen worden voor de vakantiegangers voorzien.
cms/verbs-webp/104476632.webp
wash up
I don’t like washing the dishes.
afwassen
Ik hou niet van afwassen.
cms/verbs-webp/118780425.webp
taste
The head chef tastes the soup.
proeven
De chef-kok proeft de soep.
cms/verbs-webp/31726420.webp
turn to
They turn to each other.
zich wenden tot
Ze wenden zich tot elkaar.
cms/verbs-webp/90287300.webp
ring
Do you hear the bell ringing?
rinkelen
Hoor je de bel rinkelen?
cms/verbs-webp/102447745.webp
cancel
He unfortunately canceled the meeting.
annuleren
Hij heeft helaas de vergadering geannuleerd.
cms/verbs-webp/68841225.webp
understand
I can’t understand you!
begrijpen
Ik kan je niet begrijpen!
cms/verbs-webp/92054480.webp
go
Where did the lake that was here go?
gaan
Waar is het meer dat hier was heengegaan?