Woordenlijst

Leer werkwoorden – Engels (UK)

cms/verbs-webp/130288167.webp
clean
She cleans the kitchen.
schoonmaken
Ze maakt de keuken schoon.
cms/verbs-webp/101158501.webp
thank
He thanked her with flowers.
bedanken
Hij bedankte haar met bloemen.
cms/verbs-webp/44269155.webp
throw
He throws his computer angrily onto the floor.
gooien
Hij gooit zijn computer boos op de grond.
cms/verbs-webp/122479015.webp
cut to size
The fabric is being cut to size.
op maat snijden
De stof wordt op maat gesneden.
cms/verbs-webp/86215362.webp
send
This company sends goods all over the world.
sturen
Dit bedrijf stuurt goederen over de hele wereld.
cms/verbs-webp/63935931.webp
turn
She turns the meat.
draaien
Ze draait het vlees.
cms/verbs-webp/50772718.webp
cancel
The contract has been canceled.
annuleren
Het contract is geannuleerd.
cms/verbs-webp/102169451.webp
handle
One has to handle problems.
omgaan
Men moet met problemen omgaan.
cms/verbs-webp/117890903.webp
reply
She always replies first.
antwoorden
Zij antwoordt altijd eerst.
cms/verbs-webp/67035590.webp
jump
He jumped into the water.
springen
Hij sprong in het water.
cms/verbs-webp/61826744.webp
create
Who created the Earth?
creëren
Wie heeft de aarde gecreëerd?
cms/verbs-webp/122789548.webp
give
What did her boyfriend give her for her birthday?
geven
Wat heeft haar vriend haar voor haar verjaardag gegeven?