Woordenlijst
Leer werkwoorden – Zweeds
dricka
Korna dricker vatten från floden.
drinken
De koeien drinken water uit de rivier.
stödja
Vi stödjer gärna din idé.
onderschrijven
We onderschrijven graag uw idee.
använda
Hon använder kosmetikprodukter dagligen.
gebruiken
Ze gebruikt dagelijks cosmetische producten.
utforska
Astronauterna vill utforska yttre rymden.
verkennen
De astronauten willen de ruimte verkennen.
springa mot
Flickan springer mot sin mor.
toelopen
Het meisje loopt naar haar moeder toe.
dansa
De dansar en tango i kärlek.
dansen
Ze dansen verliefd een tango.
sätta undan
Jag vill sätta undan lite pengar varje månad till senare.
opzij zetten
Ik wil elke maand wat geld opzij zetten voor later.
undersöka
Blodprover undersöks i detta labb.
onderzoeken
Bloedmonsters worden in dit lab onderzocht.
stoppa
Kvinnan stoppar en bil.
stoppen
De vrouw stopt een auto.
ställa
Du måste ställa klockan.
instellen
Je moet de klok instellen.
använda
Även små barn använder surfplattor.
gebruiken
Zelfs kleine kinderen gebruiken tablets.