Woordenlijst

Leer werkwoorden – Engels (US)

cms/verbs-webp/103163608.webp
count
She counts the coins.
tellen
Ze telt de munten.
cms/verbs-webp/53646818.webp
let in
It was snowing outside and we let them in.
binnenlaten
Buiten sneeuwde het en we lieten ze binnen.
cms/verbs-webp/118485571.webp
do for
They want to do something for their health.
doen voor
Ze willen iets voor hun gezondheid doen.
cms/verbs-webp/123367774.webp
sort
I still have a lot of papers to sort.
sorteren
Ik heb nog veel papieren te sorteren.
cms/verbs-webp/119747108.webp
eat
What do we want to eat today?
eten
Wat willen we vandaag eten?
cms/verbs-webp/121102980.webp
ride along
May I ride along with you?
meerijden
Mag ik met je meerijden?
cms/verbs-webp/102731114.webp
publish
The publisher has published many books.
publiceren
De uitgever heeft veel boeken gepubliceerd.
cms/verbs-webp/95625133.webp
love
She loves her cat very much.
houden van
Ze houdt heel veel van haar kat.
cms/verbs-webp/21529020.webp
run towards
The girl runs towards her mother.
toelopen
Het meisje loopt naar haar moeder toe.
cms/verbs-webp/120086715.webp
complete
Can you complete the puzzle?
voltooien
Kun je de puzzel voltooien?
cms/verbs-webp/95190323.webp
vote
One votes for or against a candidate.
stemmen
Men stemt voor of tegen een kandidaat.
cms/verbs-webp/96571673.webp
paint
He is painting the wall white.
schilderen
Hij schildert de muur wit.