Woordenlijst

Leer werkwoorden – Esperanto

cms/verbs-webp/104476632.webp
lavi
Mi ne ŝatas lavi la telerojn.
afwassen
Ik hou niet van afwassen.
cms/verbs-webp/117890903.webp
respondi
Ŝi ĉiam respondas unue.
antwoorden
Zij antwoordt altijd eerst.
cms/verbs-webp/119425480.webp
pensi
Vi devas multe pensi en ŝako.
denken
Je moet veel denken bij schaken.
cms/verbs-webp/120655636.webp
ĝisdatigi
Nuntempe, vi devas konstante ĝisdatigi vian scion.
updaten
Tegenwoordig moet je je kennis voortdurend updaten.
cms/verbs-webp/117490230.webp
mendi
Ŝi mendas matenmanĝon por si.
bestellen
Ze bestelt ontbijt voor zichzelf.
cms/verbs-webp/123179881.webp
ekzerci
Li ekzercas ĉiutage kun sia rul-tabulo.
oefenen
Hij oefent elke dag met zijn skateboard.
cms/verbs-webp/123953850.webp
savi
La kuracistoj povis savi lian vivon.
redden
De dokters konden zijn leven redden.
cms/verbs-webp/132305688.webp
malŝpari
Energio ne devus esti malŝparita.
verspillen
Energie mag niet verspild worden.
cms/verbs-webp/70864457.webp
liveri
La liveranto alportas la manĝaĵon.
brengen
De bezorger brengt het eten.
cms/verbs-webp/101742573.webp
pentri
Ŝi pentris siajn manojn.
schilderen
Ze heeft haar handen geschilderd.
cms/verbs-webp/49374196.webp
forigi
Mia estro forigis min.
ontslaan
Mijn baas heeft me ontslagen.
cms/verbs-webp/95190323.webp
voĉdoni
Oni voĉdonas por aŭ kontraŭ kandidato.
stemmen
Men stemt voor of tegen een kandidaat.