Woordenlijst
Leer werkwoorden – Noors
transportere
Lastebilen transporterer varene.
vervoeren
De vrachtwagen vervoert de goederen.
returnere
Læreren returnerer oppgavene til studentene.
teruggeven
De leraar geeft de essays terug aan de studenten.
tro
Hvem tror du er sterkest?
denken
Wie denk je dat sterker is?
svare
Studenten svarer på spørsmålet.
antwoorden
De student beantwoordt de vraag.
skryte
Han liker å skryte av pengene sine.
pronken
Hij pronkt graag met zijn geld.
tro
Mange mennesker tror på Gud.
geloven
Veel mensen geloven in God.
glede
Målet gleder de tyske fotballfansene.
verheugen
Het doelpunt verheugt de Duitse voetbalfans.
trenge
Jeg er tørst, jeg trenger vann!
nodig hebben
Ik heb dorst, ik heb water nodig!
danne
Vi danner et godt lag sammen.
vormen
We vormen samen een goed team.
snø
Det snødde mye i dag.
sneeuwen
Het heeft vandaag veel gesneeuwd.
begrense
Under en diett må du begrense matinntaket ditt.
beperken
Tijdens een dieet moet je je voedselinname beperken.