Woordenlijst

Leer werkwoorden – Noors

cms/verbs-webp/116610655.webp
bygge
Når ble Den kinesiske mur bygget?
bouwen
Wanneer werd de Chinese Muur gebouwd?
cms/verbs-webp/120254624.webp
lede
Han liker å lede et team.
leiden
Hij leidt graag een team.
cms/verbs-webp/61280800.webp
vise tilbakeholdenhet
Jeg kan ikke bruke for mye penger; jeg må vise tilbakeholdenhet.
beheersen
Ik kan niet te veel geld uitgeven; ik moet me beheersen.
cms/verbs-webp/125116470.webp
stole på
Vi stoler alle på hverandre.
vertrouwen
We vertrouwen elkaar allemaal.
cms/verbs-webp/130770778.webp
reise
Han liker å reise og har sett mange land.
reizen
Hij reist graag en heeft veel landen gezien.
cms/verbs-webp/68841225.webp
forstå
Jeg kan ikke forstå deg!
begrijpen
Ik kan je niet begrijpen!
cms/verbs-webp/95056918.webp
lede
Han leder jenta ved hånden.
leiden
Hij leidt het meisje bij de hand.
cms/verbs-webp/123213401.webp
hate
De to guttene hater hverandre.
haten
De twee jongens haten elkaar.
cms/verbs-webp/122153910.webp
dele
De deler husarbeidet seg imellom.
verdelen
Ze verdelen het huishoudelijk werk onder elkaar.
cms/verbs-webp/100011426.webp
påvirke
La deg ikke påvirkes av andre!
beïnvloeden
Laat je niet door anderen beïnvloeden!
cms/verbs-webp/82845015.webp
melde
Alle om bord melder til kapteinen.
melden
Iedereen aan boord meldt zich bij de kapitein.
cms/verbs-webp/82095350.webp
skyve
Sykepleieren skyver pasienten i en rullestol.
duwen
De verpleegster duwt de patiënt in een rolstoel.