Woordenlijst
Leer werkwoorden – Sloveens
poudariti
S ličili lahko dobro poudarite oči.
benadrukken
Je kunt je ogen goed benadrukken met make-up.
odpovedati
Pogodba je bila odpovedana.
annuleren
Het contract is geannuleerd.
pustiti stati
Danes morajo mnogi pustiti svoje avtomobile stati.
laten staan
Vandaag moeten velen hun auto’s laten staan.
poročiti
Vsi na krovu poročajo kapitanu.
melden
Iedereen aan boord meldt zich bij de kapitein.
umiti
Mama umiva svojega otroka.
wassen
De moeder wast haar kind.
opisati
Kako lahko opišemo barve?
beschrijven
Hoe kun je kleuren beschrijven?
povzročiti
Sladkor povzroča mnoge bolezni.
veroorzaken
Suiker veroorzaakt veel ziekten.
ležati nasproti
Tam je grad - leži ravno nasproti!
tegenover liggen
Daar is het kasteel - het ligt er recht tegenover!
teči proti
Deklica teče proti svoji mami.
toelopen
Het meisje loopt naar haar moeder toe.
posnemati
Otrok posnema letalo.
imiteren
Het kind imiteert een vliegtuig.
priti
Veliko ljudi na počitnice pride z avtodomi.
aankomen
Veel mensen komen op vakantie met een camper aan.