Woordenlijst

Leer werkwoorden – Sloveens

cms/verbs-webp/61280800.webp
zadržati se
Ne smem preveč zapravljati; moram se zadržati.
beheersen
Ik kan niet te veel geld uitgeven; ik moet me beheersen.
cms/verbs-webp/92612369.webp
parkirati
Kolesa so parkirana pred hišo.
parkeren
De fietsen staan voor het huis geparkeerd.
cms/verbs-webp/75281875.webp
skrbeti za
Naš hišnik skrbi za odstranjevanje snega.
zorgen voor
Onze conciërge zorgt voor de sneeuwruiming.
cms/verbs-webp/121870340.webp
teči
Atlet teče.
rennen
De atleet rent.
cms/verbs-webp/129244598.webp
omejiti
Med dieto morate omejiti vnos hrane.
beperken
Tijdens een dieet moet je je voedselinname beperken.
cms/verbs-webp/109099922.webp
opomniti
Računalnik me opomni na moje sestanke.
herinneren
De computer herinnert me aan mijn afspraken.
cms/verbs-webp/116932657.webp
prejeti
V starosti prejme dobro pokojnino.
ontvangen
Hij ontvangt een goed pensioen op oudere leeftijd.
cms/verbs-webp/93947253.webp
umreti
V filmih umre veliko ljudi.
sterven
Veel mensen sterven in films.
cms/verbs-webp/81025050.webp
boriti se
Športniki se borijo med seboj.
vechten
De atleten vechten tegen elkaar.
cms/verbs-webp/117897276.webp
prejeti
Od svojega šefa je prejel povišico.
ontvangen
Hij ontving een loonsverhoging van zijn baas.
cms/verbs-webp/119895004.webp
pisati
Piše pismo.
schrijven
Hij schrijft een brief.
cms/verbs-webp/94482705.webp
prevesti
Lahko prevaja med šestimi jeziki.
vertalen
Hij kan tussen zes talen vertalen.