Woordenlijst

Leer werkwoorden – Kroatisch

cms/verbs-webp/109766229.webp
osjećati
Često se osjeća samim.
voelen
Hij voelt zich vaak alleen.
cms/verbs-webp/75423712.webp
promijeniti
Svjetlo se promijenilo u zeleno.
veranderen
Het licht veranderde in groen.
cms/verbs-webp/35862456.webp
početi
Novi život počinje brakom.
beginnen
Een nieuw leven begint met een huwelijk.
cms/verbs-webp/120452848.webp
znati
Ona zna mnoge knjige gotovo napamet.
kennen
Ze kent veel boeken bijna uit haar hoofd.
cms/verbs-webp/80356596.webp
oprostiti se
Žena se oprašta.
afscheid nemen
De vrouw neemt afscheid.
cms/verbs-webp/128644230.webp
obnoviti
Slikar želi obnoviti boju zida.
vernieuwen
De schilder wil de muurkleur vernieuwen.
cms/verbs-webp/123492574.webp
trenirati
Profesionalni sportaši moraju trenirati svaki dan.
trainen
Professionele atleten moeten elke dag trainen.
cms/verbs-webp/17624512.webp
naviknuti se
Djeca se moraju naviknuti četkati zube.
wennen aan
Kinderen moeten wennen aan het tandenpoetsen.
cms/verbs-webp/104820474.webp
zvučati
Njezin glas zvuči fantastično.
klinken
Haar stem klinkt fantastisch.
cms/verbs-webp/98977786.webp
imenovati
Koliko država možeš imenovati?
noemen
Hoeveel landen kun je noemen?
cms/verbs-webp/99207030.webp
stići
Avion je stigao na vrijeme.
aankomen
Het vliegtuig is op tijd aangekomen.
cms/verbs-webp/121870340.webp
trčati
Sportaš trči.
rennen
De atleet rent.