Woordenlijst

Leer werkwoorden – Slovaaks

cms/verbs-webp/34567067.webp
hľadať
Polícia hľadá páchateľa.
zoeken naar
De politie zoekt naar de dader.
cms/verbs-webp/120128475.webp
myslieť
Musí na neho stále myslieť.
denken
Ze moet altijd aan hem denken.
cms/verbs-webp/120015763.webp
chcieť ísť von
Dieťa chce ísť von.
naar buiten willen
Het kind wil naar buiten.
cms/verbs-webp/61245658.webp
vyskočiť
Ryba vyskočí z vody.
uitspringen
De vis springt uit het water.
cms/verbs-webp/130770778.webp
cestovať
Rád cestuje a videl mnoho krajín.
reizen
Hij reist graag en heeft veel landen gezien.
cms/verbs-webp/36190839.webp
bojovať
Hasiči bojujú s ohňom z vzduchu.
bestrijden
De brandweer bestrijdt het vuur vanuit de lucht.
cms/verbs-webp/58292283.webp
žiadať
On žiada odškodnenie.
eisen
Hij eist compensatie.
cms/verbs-webp/82845015.webp
hlásiť sa
Všetci na palube sa hlásia kapitánovi.
melden
Iedereen aan boord meldt zich bij de kapitein.
cms/verbs-webp/127554899.webp
uprednostňovať
Naša dcéra nečíta knihy; uprednostňuje svoj telefón.
verkiezen
Onze dochter leest geen boeken; ze verkiest haar telefoon.
cms/verbs-webp/62788402.webp
podporiť
Rádi podporujeme vašu myšlienku.
onderschrijven
We onderschrijven graag uw idee.
cms/verbs-webp/79582356.webp
dešifrovať
Malým písmom dešifruje pomocou lupy.
ontcijferen
Hij ontcijfert de kleine letters met een vergrootglas.
cms/verbs-webp/74009623.webp
testovať
Auto sa testuje v dielni.
testen
De auto wordt in de werkplaats getest.