Woordenlijst
Leer werkwoorden – Slovaaks

postúpiť
Slimáky postupujú len pomaly.
vooruitgang boeken
Slakken boeken alleen langzame vooruitgang.

zmeniť
Svetlo sa zmenilo na zelené.
veranderen
Het licht veranderde in groen.

prihlásiť sa
Musíte sa prihlásiť pomocou hesla.
inloggen
Je moet inloggen met je wachtwoord.

bežať za
Matka beží za svojím synom.
achterna rennen
De moeder rent achter haar zoon aan.

vstúpiť
Loď vstupuje do prístavu.
binnenkomen
Het schip komt de haven binnen.

sledovať
Kurčatká vždy sledujú svoju matku.
volgen
De kuikens volgen altijd hun moeder.

hýbať sa
Je zdravé veľa sa hýbať.
bewegen
Het is gezond om veel te bewegen.

zhoriť
Oheň zhorí veľkú časť lesa.
afbranden
Het vuur zal een groot deel van het bos afbranden.

počúvať
Počúva a počuje zvuk.
luisteren
Ze luistert en hoort een geluid.

vytvoriť
Kto vytvoril Zem?
creëren
Wie heeft de aarde gecreëerd?

nenávidieť
Tí dvaja chlapci sa nenávidia.
haten
De twee jongens haten elkaar.
