Woordenlijst
Leer werkwoorden – Noors

støtte
Vi støtter gjerne ideen din.
onderschrijven
We onderschrijven graag uw idee.

belønne
Han ble belønnet med en medalje.
belonen
Hij werd beloond met een medaille.

bekrefte
Hun kunne bekrefte den gode nyheten til mannen sin.
bevestigen
Ze kon het goede nieuws aan haar man bevestigen.

skrive
Han skriver et brev.
schrijven
Hij schrijft een brief.

passere forbi
Toget passerer forbi oss.
voorbijgaan
De trein gaat aan ons voorbij.

begrense
Gjerder begrenser vår frihet.
begrenzen
Hekken begrenzen onze vrijheid.

følge
Hunden følger dem.
begeleiden
De hond begeleidt hen.

dekke
Hun dekker håret sitt.
bedekken
Ze bedekt haar haar.

sende
Jeg sender deg et brev.
sturen
Ik stuur je een brief.

venne seg til
Barn må venne seg til å pusse tennene.
wennen aan
Kinderen moeten wennen aan het tandenpoetsen.

forberede
De forbereder et deilig måltid.
bereiden
Ze bereiden een heerlijke maaltijd.
