Woordenlijst

Leer werkwoorden – Noors

cms/verbs-webp/94796902.webp
finne veien tilbake
Jeg kan ikke finne veien tilbake.
de weg terugvinden
Ik kan de weg terug niet vinden.
cms/verbs-webp/115628089.webp
forberede
Hun forbereder en kake.
bereiden
Ze bereidt een taart.
cms/verbs-webp/120624757.webp
Han liker å gå i skogen.
wandelen
Hij wandelt graag in het bos.
cms/verbs-webp/116610655.webp
bygge
Når ble Den kinesiske mur bygget?
bouwen
Wanneer werd de Chinese Muur gebouwd?
cms/verbs-webp/35862456.webp
begynne
Et nytt liv begynner med ekteskap.
beginnen
Een nieuw leven begint met een huwelijk.
cms/verbs-webp/1502512.webp
lese
Jeg kan ikke lese uten briller.
lezen
Ik kan niet zonder bril lezen.
cms/verbs-webp/96586059.webp
avskjedige
Sjefen har avskjediget ham.
ontslaan
De baas heeft hem ontslagen.
cms/verbs-webp/79201834.webp
forbinde
Denne broen forbinder to nabolag.
verbinden
Deze brug verbindt twee wijken.
cms/verbs-webp/41935716.webp
gå seg vill
Det er lett å gå seg vill i skogen.
verdwalen
Het is gemakkelijk om in het bos te verdwalen.
cms/verbs-webp/125402133.webp
berøre
Han berørte henne ømt.
aanraken
Hij raakte haar teder aan.
cms/verbs-webp/33463741.webp
åpne
Kan du åpne denne boksen for meg?
openen
Kun je dit blikje voor me openen?
cms/verbs-webp/132305688.webp
kaste bort
Energi bør ikke kastes bort.
verspillen
Energie mag niet verspild worden.