Woordenlijst
Leer werkwoorden – Duits

vergessen
Sie will die Vergangenheit nicht vergessen.
vergeten
Ze wil het verleden niet vergeten.

veröffentlichen
Der Verlag hat viele Bücher veröffentlicht.
publiceren
De uitgever heeft veel boeken gepubliceerd.

üben
Er übt jeden Tag mit seinem Skateboard.
oefenen
Hij oefent elke dag met zijn skateboard.

lügen
Er lügt oft, wenn er etwas verkaufen will.
liegen
Hij liegt vaak als hij iets wil verkopen.

einstehen
Die beiden Freundinnen wollen immer für einander einstehen.
opkomen voor
De twee vrienden willen altijd voor elkaar opkomen.

erforschen
Die Astronauten wollen das Weltall erforschen.
verkennen
De astronauten willen de ruimte verkennen.

versenden
Dieses Unternehmen versendet Waren in alle Welt.
sturen
Dit bedrijf stuurt goederen over de hele wereld.

schicken
Ich habe dir eine Nachricht geschickt.
sturen
Ik heb je een bericht gestuurd.

wenden
Sie wendet das Fleisch.
draaien
Ze draait het vlees.

herabsehen
Ich konnte vom Fenster auf den Strand herabsehen.
naar beneden kijken
Ik kon vanuit het raam naar het strand beneden kijken.

praktizieren
Die Frau praktiziert Yoga.
oefenen
De vrouw beoefent yoga.
