Woordenlijst
Leer werkwoorden – Litouws

tikėtis
Daugelis tikisi geresnės ateities Europoje.
hopen
Velen hopen op een betere toekomst in Europa.

matyti
Su akinių matote geriau.
zien
Je kunt beter zien met een bril.

nustebinti
Ji nustebino savo tėvus dovanomis.
verrassen
Ze verraste haar ouders met een cadeau.

atsakyti
Ji visada atsako pirmoji.
antwoorden
Zij antwoordt altijd eerst.

rūšiuoti
Man dar reikia rūšiuoti daug popieriaus.
sorteren
Ik heb nog veel papieren te sorteren.

užvažiuoti
Deja, daug gyvūnų vis dar užvažiuojami automobiliais.
overrijden
Helaas worden er nog veel dieren overreden door auto’s.

reikėti išeiti
Man labai reikia atostogų; man reikia išeiti!
moeten gaan
Ik heb dringend vakantie nodig; ik moet gaan!

pasikeisti
Šviesoforas pasikeitė į žalią.
veranderen
Het licht veranderde in groen.

reikalauti
Jis reikalavo kompensacijos iš žmogaus, su kuriuo patyrė avariją.
eisen
Hij eiste compensatie van de persoon waarmee hij een ongeluk had.

pasiūlyti
Ji pasiūlė palaitinti gėles.
aanbieden
Ze bood aan de bloemen water te geven.

rodyti
Čia rodomas modernus menas.
tentoonstellen
Hier wordt moderne kunst tentoongesteld.
