Woordenlijst

Leer werkwoorden – Engels (UK)

cms/verbs-webp/109434478.webp
open
The festival was opened with fireworks.
openen
Het festival werd geopend met vuurwerk.
cms/verbs-webp/120015763.webp
want to go out
The child wants to go outside.
naar buiten willen
Het kind wil naar buiten.
cms/verbs-webp/74176286.webp
protect
The mother protects her child.
beschermen
De moeder beschermt haar kind.
cms/verbs-webp/110775013.webp
write down
She wants to write down her business idea.
opschrijven
Ze wil haar zakelijk idee opschrijven.
cms/verbs-webp/91930309.webp
import
We import fruit from many countries.
importeren
We importeren fruit uit veel landen.
cms/verbs-webp/113966353.webp
serve
The waiter serves the food.
serveren
De ober serveert het eten.
cms/verbs-webp/100011930.webp
tell
She tells her a secret.
vertellen
Ze vertelt haar een geheim.
cms/verbs-webp/98060831.webp
publish
The publisher puts out these magazines.
uitgeven
De uitgever geeft deze tijdschriften uit.
cms/verbs-webp/99769691.webp
pass by
The train is passing by us.
voorbijgaan
De trein gaat aan ons voorbij.
cms/verbs-webp/112407953.webp
listen
She listens and hears a sound.
luisteren
Ze luistert en hoort een geluid.
cms/verbs-webp/101630613.webp
search
The burglar searches the house.
doorzoeken
De inbreker doorzoekt het huis.
cms/verbs-webp/117311654.webp
carry
They carry their children on their backs.
dragen
Ze dragen hun kinderen op hun rug.