Woordenlijst
Leer werkwoorden – Sloveens
prihraniti
Pri ogrevanju lahko prihranite denar.
besparen
Je kunt geld besparen op verwarming.
priti k tebi
Sreča prihaja k tebi.
naar je toekomen
Het geluk komt naar je toe.
parkirati
Avtomobili so parkirani v podzemni garaži.
parkeren
De auto’s staan in de ondergrondse garage geparkeerd.
omejiti
Ali bi morali omejiti trgovino?
beperken
Moet handel worden beperkt?
postreči
Natakar postreže s hrano.
serveren
De ober serveert het eten.
teči
Vsako jutro teče po plaži.
rennen
Ze rent elke ochtend op het strand.
pripadati
Moja žena mi pripada.
toebehoren
Mijn vrouw behoort mij toe.
pustiti predse
Nihče ga ne želi pustiti predse na blagajni v supermarketu.
voor laten
Niemand wil hem voor laten gaan bij de kassa van de supermarkt.
shraniti
Moji otroci so shranili svoj denar.
sparen
Mijn kinderen hebben hun eigen geld gespaard.
opomniti
Računalnik me opomni na moje sestanke.
herinneren
De computer herinnert me aan mijn afspraken.
zmanjšati
Definitivno moram zmanjšati stroške ogrevanja.
verminderen
Ik moet absoluut mijn stookkosten verminderen.