Woordenlijst

Leer werkwoorden – Sloveens

cms/verbs-webp/33463741.webp
odpreti
Mi lahko, prosim, odpreš to konzervo?
openen
Kun je dit blikje voor me openen?
cms/verbs-webp/6307854.webp
priti k tebi
Sreča prihaja k tebi.
naar je toekomen
Het geluk komt naar je toe.
cms/verbs-webp/63457415.webp
poenostaviti
Zapletene stvari morate otrokom poenostaviti.
vereenvoudigen
Je moet ingewikkelde dingen voor kinderen vereenvoudigen.
cms/verbs-webp/8451970.webp
razpravljati
Sodelavci razpravljajo o problemu.
bespreken
De collega’s bespreken het probleem.
cms/verbs-webp/116835795.webp
priti
Veliko ljudi na počitnice pride z avtodomi.
aankomen
Veel mensen komen op vakantie met een camper aan.
cms/verbs-webp/15353268.webp
iztisniti
Limono iztisne.
uitknijpen
Ze knijpt de citroen uit.
cms/verbs-webp/93393807.webp
zgoditi se
V sanjah se zgodijo čudne stvari.
gebeuren
Vreemde dingen gebeuren in dromen.
cms/verbs-webp/90287300.webp
zvoniti
Slišiš zvonec zvoniti?
rinkelen
Hoor je de bel rinkelen?
cms/verbs-webp/18316732.webp
peljati skozi
Avto se pelje skozi drevo.
doorrijden
De auto rijdt door een boom.
cms/verbs-webp/68761504.webp
preveriti
Zobozdravnik preverja pacientovo zobovje.
controleren
De tandarts controleert het gebit van de patiënt.
cms/verbs-webp/122224023.webp
prestaviti
Kmalu bomo morali spet prestaviti uro nazaj.
achteruit zetten
Binnenkort moeten we de klok weer achteruit zetten.
cms/verbs-webp/100434930.webp
končati
Pot se tukaj konča.
eindigen
De route eindigt hier.