Woordenlijst
Leer werkwoorden – Sloveens

postreči
Danes nam bo postregel kar kuhar.
bedienen
De chef bedient ons vandaag zelf.

zagotoviti
Za turiste so zagotovljena ležalna stola.
voorzien
Strandstoelen worden voor de vakantiegangers voorzien.

poklicati nazaj
Prosim, pokličite me nazaj jutri.
terugbellen
Bel me morgen alstublieft terug.

upati
Mnogi upajo na boljšo prihodnost v Evropi.
hopen
Velen hopen op een betere toekomst in Europa.

napiti se
Vsak večer se skoraj napije.
worden dronken
Hij wordt bijna elke avond dronken.

zamuditi
Možakar je zamudil svoj vlak.
missen
De man heeft zijn trein gemist.

pozvoniti
Kdo je pozvonil na vrata?
bellen
Wie heeft er aan de deurbel gebeld?

poskakovati
Otrok veselo poskakuje.
rondspringen
Het kind springt vrolijk in het rond.

izgubiti se
Danes sem izgubil ključ!
verdwalen
Mijn sleutel is vandaag verloren gegaan!

srečati
Včasih se srečajo na stopnišču.
ontmoeten
Soms ontmoeten ze elkaar in het trappenhuis.

znajti se
V labirintu se dobro znajdem.
de weg vinden
Ik kan goed de weg vinden in een labyrint.
