Woordenlijst
Leer werkwoorden – Deens
ende
Ruten ender her.
eindigen
De route eindigt hier.
kæmpe
Atleterne kæmper mod hinanden.
vechten
De atleten vechten tegen elkaar.
gentage
Kan du gentage det?
herhalen
Kun je dat alstublieft herhalen?
have det sjovt
Vi havde meget sjovt på tivoli!
plezier hebben
We hebben veel plezier gehad op de kermis!
producere
Vi producerer vores egen honning.
produceren
We produceren onze eigen honing.
afgå
Vores feriegæster afgik i går.
vertrekken
Onze vakantiegasten vertrokken gisteren.
være
Du bør ikke være trist!
zijn
Je moet niet verdrietig zijn!
presse ud
Hun presser citronen ud.
uitknijpen
Ze knijpt de citroen uit.
ansætte
Ansøgeren blev ansat.
aannemen
De sollicitant werd aangenomen.
udgive
Forlaget har udgivet mange bøger.
publiceren
De uitgever heeft veel boeken gepubliceerd.
bringe
Budbringeren bringer en pakke.
brengen
De koerier brengt een pakketje.