Woordenlijst

Leer werkwoorden – Kroatisch

cms/verbs-webp/91442777.webp
stati na
Ne mogu stati na tlo s ovom nogom.
stappen op
Ik kan met deze voet niet op de grond stappen.
cms/verbs-webp/63645950.webp
trčati
Svako jutro trči po plaži.
rennen
Ze rent elke ochtend op het strand.
cms/verbs-webp/120624757.webp
hodati
Voli hodati po šumi.
wandelen
Hij wandelt graag in het bos.
cms/verbs-webp/122224023.webp
pomaknuti
Uskoro ćemo morati sat pomaknuti unazad.
achteruit zetten
Binnenkort moeten we de klok weer achteruit zetten.
cms/verbs-webp/94909729.webp
čekati
Još uvijek moramo čekati mjesec dana.
wachten
We moeten nog een maand wachten.
cms/verbs-webp/120686188.webp
učiti
Djevojke vole učiti zajedno.
studeren
De meisjes studeren graag samen.
cms/verbs-webp/19584241.webp
imati na raspolaganju
Djeca imaju na raspolaganju samo džeparac.
ter beschikking hebben
Kinderen hebben alleen zakgeld ter beschikking.
cms/verbs-webp/54887804.webp
jamčiti
Osiguranje jamči zaštitu u slučaju nesreća.
garanderen
Verzekering garandeert bescherming bij ongevallen.
cms/verbs-webp/47969540.webp
oslijepiti
Čovjek s oznakama oslijepio je.
blind worden
De man met de badges is blind geworden.
cms/verbs-webp/118011740.webp
graditi
Djeca grade visoki toranj.
bouwen
De kinderen bouwen een hoge toren.
cms/verbs-webp/111792187.webp
izabrati
Teško je izabrati pravog.
kiezen
Het is moeilijk om de juiste te kiezen.
cms/verbs-webp/101765009.webp
pratiti
Pas ih prati.
begeleiden
De hond begeleidt hen.