Woordenlijst

Leer werkwoorden – Kroatisch

cms/verbs-webp/129403875.webp
zvoniti
Zvono zvoni svaki dan.
rinkelen
De bel rinkelt elke dag.
cms/verbs-webp/51465029.webp
kasniti
Sat kasni nekoliko minuta.
achterlopen
De klok loopt een paar minuten achter.
cms/verbs-webp/114272921.webp
goniti
Kauboji goniti stoku s konjima.
drijven
De cowboys drijven het vee met paarden.
cms/verbs-webp/108991637.webp
izbjegavati
Ona izbjegava svog kolegu.
vermijden
Ze vermijdt haar collega.
cms/verbs-webp/101556029.webp
odbiti
Dijete odbija svoju hranu.
weigeren
Het kind weigert zijn eten.
cms/verbs-webp/115373990.webp
pojaviti se
Ogromna riba se iznenada pojavila u vodi.
verschijnen
Er verscheen plotseling een grote vis in het water.
cms/verbs-webp/97119641.webp
slikati
Auto se slika plavom bojom.
schilderen
De auto wordt blauw geschilderd.
cms/verbs-webp/86996301.webp
zauzeti se
Dvoje prijatelja uvijek želi zauzeti se jedno za drugo.
opkomen voor
De twee vrienden willen altijd voor elkaar opkomen.
cms/verbs-webp/87142242.webp
visjeti
Ležaljka visi s stropa.
hangen
De hangmat hangt aan het plafond.
cms/verbs-webp/130288167.webp
čistiti
Ona čisti kuhinju.
schoonmaken
Ze maakt de keuken schoon.
cms/verbs-webp/125400489.webp
napustiti
Turisti napuštaju plažu u podne.
verlaten
Toeristen verlaten het strand rond de middag.
cms/verbs-webp/119913596.webp
dati
Otac želi dati svome sinu nešto dodatnog novca.
geven
De vader wil zijn zoon wat extra geld geven.