Woordenlijst
Leer werkwoorden – Kroatisch

udariti
Pazi, konj može udariti!
schoppen
Pas op, het paard kan schoppen!

napisati posvuda
Umjetnici su napisali posvuda po cijelom zidu.
schrijven op
De kunstenaars hebben op de hele muur geschreven.

probuditi se
Upravo se probudio.
wakker worden
Hij is net wakker geworden.

prosvjedovati
Ljudi prosvjeduju protiv nepravde.
protesteren
Mensen protesteren tegen onrecht.

otvoriti
Možeš li molim te otvoriti ovu konzervu za mene?
openen
Kun je dit blikje voor me openen?

pomaknuti
Uskoro ćemo morati sat pomaknuti unazad.
achteruit zetten
Binnenkort moeten we de klok weer achteruit zetten.

složiti se
Susjedi se nisu mogli složiti oko boje.
eens zijn
De buren konden het niet eens worden over de kleur.

seliti
Moj nećak se seli.
verhuizen
Mijn neefje gaat verhuizen.

prihvatiti
Ne mogu to promijeniti, moram to prihvatiti.
accepteren
Ik kan dat niet veranderen, ik moet het accepteren.

razgovarati
S njim bi netko trebao razgovarati; tako je usamljen.
praten met
Iemand zou met hem moeten praten; hij is zo eenzaam.

pregaziti
Nažalost, mnoge životinje još uvijek budu pregazene automobilima.
overrijden
Helaas worden er nog veel dieren overreden door auto’s.
