Woordenlijst

Leer werkwoorden – Noors

cms/verbs-webp/75195383.webp
være
Du bør ikke være trist!
zijn
Je moet niet verdrietig zijn!
cms/verbs-webp/30793025.webp
skryte
Han liker å skryte av pengene sine.
pronken
Hij pronkt graag met zijn geld.
cms/verbs-webp/26758664.webp
spare
Mine barn har spart sine egne penger.
sparen
Mijn kinderen hebben hun eigen geld gespaard.
cms/verbs-webp/118596482.webp
lete
Jeg leter etter sopp om høsten.
zoeken
Ik zoek paddenstoelen in de herfst.
cms/verbs-webp/3270640.webp
forfølge
Cowboys forfølger hestene.
achtervolgen
De cowboy achtervolgt de paarden.
cms/verbs-webp/67955103.webp
spise
Hønene spiser kornene.
eten
De kippen eten de granen.
cms/verbs-webp/46602585.webp
transportere
Vi transporterer syklene på biltaket.
vervoeren
We vervoeren de fietsen op het dak van de auto.
cms/verbs-webp/109434478.webp
åpne
Festivalen ble åpnet med fyrverkeri.
openen
Het festival werd geopend met vuurwerk.
cms/verbs-webp/71260439.webp
skrive til
Han skrev til meg forrige uke.
schrijven naar
Hij schreef me vorige week.
cms/verbs-webp/41935716.webp
gå seg vill
Det er lett å gå seg vill i skogen.
verdwalen
Het is gemakkelijk om in het bos te verdwalen.
cms/verbs-webp/78063066.webp
oppbevare
Jeg oppbevarer pengene mine i nattbordet.
bewaren
Ik bewaar mijn geld in mijn nachtkastje.
cms/verbs-webp/90773403.webp
følge
Hunden min følger meg når jeg jogger.
volgen
Mijn hond volgt me als ik jog.