Woordenlijst

Leer werkwoorden – Bosnisch

cms/verbs-webp/71260439.webp
pisati
Prošle sedmice mi je pisao.
schrijven naar
Hij schreef me vorige week.
cms/verbs-webp/119501073.webp
ležati nasuprot
Tamo je dvorac - leži upravo nasuprot!
tegenover liggen
Daar is het kasteel - het ligt er recht tegenover!
cms/verbs-webp/38753106.webp
govoriti
U kinu se ne bi trebalo govoriti preglasno.
spreken
Men moet niet te luid spreken in de bioscoop.
cms/verbs-webp/80356596.webp
oprostiti se
Žena se oprašta.
afscheid nemen
De vrouw neemt afscheid.
cms/verbs-webp/97335541.webp
komentirati
Svakodnevno komentira politiku.
becommentariëren
Hij becommentarieert elke dag de politiek.
cms/verbs-webp/57574620.webp
dostaviti
Naša kćerka dostavlja novine za vrijeme praznika.
bezorgen
Onze dochter bezorgt kranten tijdens de vakantie.
cms/verbs-webp/106088706.webp
ustati
Ona se više ne može sama ustati.
opstaan
Ze kan niet meer zelfstandig opstaan.
cms/verbs-webp/90554206.webp
prijaviti
Ona prijavljuje skandal svom prijatelju.
melden
Ze meldt het schandaal aan haar vriendin.
cms/verbs-webp/96531863.webp
proći
Može li mačka proći kroz ovu rupu?
doorgaan
Kan de kat door dit gat gaan?
cms/verbs-webp/32180347.webp
rastaviti
Naš sin sve rastavlja!
uit elkaar halen
Onze zoon haalt alles uit elkaar!
cms/verbs-webp/64053926.webp
prevazići
Sportisti prevazilaze vodopad.
overwinnen
De atleten overwinnen de waterval.
cms/verbs-webp/90309445.webp
održati se
Sprovod se održao prekjučer.
plaatsvinden
De begrafenis vond eergisteren plaats.