Woordenlijst

Leer werkwoorden – Noors

cms/verbs-webp/112286562.webp
arbeide
Hun arbeider bedre enn en mann.
werken
Ze werkt beter dan een man.
cms/verbs-webp/119235815.webp
elske
Hun elsker virkelig hesten sin.
houden van
Ze houdt echt veel van haar paard.
cms/verbs-webp/96668495.webp
trykke
Bøker og aviser blir trykt.
drukken
Boeken en kranten worden gedrukt.
cms/verbs-webp/68435277.webp
komme
Jeg er glad du kom!
komen
Ik ben blij dat je bent gekomen!
cms/verbs-webp/79322446.webp
introdusere
Han introduserer sin nye kjæreste for foreldrene sine.
voorstellen
Hij stelt zijn nieuwe vriendin voor aan zijn ouders.
cms/verbs-webp/102169451.webp
håndtere
Man må håndtere problemer.
omgaan
Men moet met problemen omgaan.
cms/verbs-webp/64053926.webp
overkomme
Idrettsutøverne overkommer fossen.
overwinnen
De atleten overwinnen de waterval.
cms/verbs-webp/90643537.webp
synge
Barna synger en sang.
zingen
De kinderen zingen een lied.
cms/verbs-webp/91997551.webp
forstå
Man kan ikke forstå alt om datamaskiner.
begrijpen
Men kan niet alles over computers begrijpen.
cms/verbs-webp/18316732.webp
kjøre gjennom
Bilen kjører gjennom et tre.
doorrijden
De auto rijdt door een boom.
cms/verbs-webp/111892658.webp
levere
Han leverer pizzaer til hjem.
bezorgen
Hij bezorgt pizza’s aan huis.
cms/verbs-webp/60395424.webp
hoppe rundt
Barnet hopper glad rundt.
rondspringen
Het kind springt vrolijk in het rond.