Woordenlijst
Leer werkwoorden – Noors
sove lenge
De vil endelig sove lenge en natt.
uitslapen
Ze willen eindelijk eens een nacht uitslapen.
stoppe
Du må stoppe ved det røde lyset.
stoppen
Je moet stoppen bij het rode licht.
klippe
Frisøren klipper håret hennes.
knippen
De kapper knipt haar haar.
kaste
Han kaster sint datamaskinen sin på gulvet.
gooien
Hij gooit zijn computer boos op de grond.
bli enige om
Naboene kunne ikke bli enige om fargen.
eens zijn
De buren konden het niet eens worden over de kleur.
gjøre for
De vil gjøre noe for helsen sin.
doen voor
Ze willen iets voor hun gezondheid doen.
takke
Han takket henne med blomster.
bedanken
Hij bedankte haar met bloemen.
få sykemelding
Han må få en sykemelding fra legen.
ziektebriefje halen
Hij moet een ziektebriefje halen bij de dokter.
leke
Barnet foretrekker å leke alene.
spelen
Het kind speelt liever alleen.
avlyse
Han avlyste dessverre møtet.
annuleren
Hij heeft helaas de vergadering geannuleerd.
blande
Maleren blander fargene.
mengen
De schilder mengt de kleuren.