Woordenlijst

Leer werkwoorden – Noors

cms/verbs-webp/101945694.webp
sove lenge
De vil endelig sove lenge en natt.
uitslapen
Ze willen eindelijk eens een nacht uitslapen.
cms/verbs-webp/44848458.webp
stoppe
Du må stoppe ved det røde lyset.
stoppen
Je moet stoppen bij het rode licht.
cms/verbs-webp/102114991.webp
klippe
Frisøren klipper håret hennes.
knippen
De kapper knipt haar haar.
cms/verbs-webp/44269155.webp
kaste
Han kaster sint datamaskinen sin på gulvet.
gooien
Hij gooit zijn computer boos op de grond.
cms/verbs-webp/67232565.webp
bli enige om
Naboene kunne ikke bli enige om fargen.
eens zijn
De buren konden het niet eens worden over de kleur.
cms/verbs-webp/118485571.webp
gjøre for
De vil gjøre noe for helsen sin.
doen voor
Ze willen iets voor hun gezondheid doen.
cms/verbs-webp/101158501.webp
takke
Han takket henne med blomster.
bedanken
Hij bedankte haar met bloemen.
cms/verbs-webp/78973375.webp
få sykemelding
Han må få en sykemelding fra legen.
ziektebriefje halen
Hij moet een ziektebriefje halen bij de dokter.
cms/verbs-webp/87317037.webp
leke
Barnet foretrekker å leke alene.
spelen
Het kind speelt liever alleen.
cms/verbs-webp/102447745.webp
avlyse
Han avlyste dessverre møtet.
annuleren
Hij heeft helaas de vergadering geannuleerd.
cms/verbs-webp/98561398.webp
blande
Maleren blander fargene.
mengen
De schilder mengt de kleuren.
cms/verbs-webp/112407953.webp
lytte
Hun lytter og hører en lyd.
luisteren
Ze luistert en hoort een geluid.