Woordenlijst
Leer werkwoorden – Litouws

reikalauti
Jis reikalauja kompensacijos.
eisen
Hij eist compensatie.

dažyti
Jis dažo sieną balta.
schilderen
Hij schildert de muur wit.

paleisti
Jūs negalite paleisti rankenos!
loslaten
Je mag de grip niet loslaten!

atleisti
Ji niekada jam to neatleis!
vergeven
Ze kan het hem nooit vergeven!

sukelti
Per daug žmonių greitai sukelia chaosą.
veroorzaken
Te veel mensen veroorzaken snel chaos.

mylėti
Ji labai myli savo katę.
houden van
Ze houdt heel veel van haar kat.

tapti draugais
Abi tapo draugėmis.
vrienden worden
De twee zijn vrienden geworden.

išeiti
Merginos mėgsta kartu išeiti.
uitgaan
De meisjes gaan graag samen uit.

pakęsti
Ji vos gali pakęsti skausmą!
verdragen
Ze kan de pijn nauwelijks verdragen!

treniruotis
Jis kiekvieną dieną treniruojasi su riedlente.
oefenen
Hij oefent elke dag met zijn skateboard.

tarnauti
Šunys mėgsta tarnauti savo šeimininkams.
dienen
Honden dienen graag hun baasjes.
