Woordenlijst
Leer werkwoorden – Engels (UK)

pull out
How is he going to pull out that big fish?
trekken
Hoe gaat hij die grote vis eruit trekken?

know
She knows many books almost by heart.
kennen
Ze kent veel boeken bijna uit haar hoofd.

take care of
Our janitor takes care of snow removal.
zorgen voor
Onze conciërge zorgt voor de sneeuwruiming.

transport
We transport the bikes on the car roof.
vervoeren
We vervoeren de fietsen op het dak van de auto.

read
I can’t read without glasses.
lezen
Ik kan niet zonder bril lezen.

remove
How can one remove a red wine stain?
verwijderen
Hoe kan men een rode wijnvlek verwijderen?

arrive
Many people arrive by camper van on vacation.
aankomen
Veel mensen komen op vakantie met een camper aan.

pass
The students passed the exam.
slagen
De studenten zijn geslaagd voor het examen.

belong
My wife belongs to me.
toebehoren
Mijn vrouw behoort mij toe.

burden
Office work burdens her a lot.
belasten
Kantoorwerk belast haar erg.

produce
One can produce more cheaply with robots.
produceren
Men kan goedkoper produceren met robots.
