Woordenlijst
Leer werkwoorden – Hebreeuws

לחקות
הילד חוקה מטוס.
lhqvt
hyld hvqh mtvs.
imiteren
Het kind imiteert een vliegtuig.

לנטר
הכל ננטר כאן במצלמות.
lntr
hkl nntr kan bmtslmvt.
monitoren
Alles wordt hier door camera’s gemonitord.

לתת שם
כמה מדינות אתה יכול לתת להם שם?
ltt shm
kmh mdynvt ath ykvl ltt lhm shm?
noemen
Hoeveel landen kun je noemen?

לבלות
היא מבלה את כל הזמן הפנוי שלה בחוץ.
lblvt
hya mblh at kl hzmn hpnvy shlh bhvts.
doorbrengen
Ze brengt al haar vrije tijd buiten door.

לראות
אתה יכול לראות טוב יותר עם משקפיים.
lravt
ath ykvl lravt tvb yvtr ’em mshqpyym.
zien
Je kunt beter zien met een bril.

מספיק
זה מספיק, אתה מעצבן!
mspyq
zh mspyq, ath m’etsbn!
genoeg zijn
Dat is genoeg, je irriteert!

לחשוב ביחד
צריך לחשוב ביחד במשחקי קלפים.
lhshvb byhd
tsryk lhshvb byhd bmshhqy qlpym.
meedenken
Je moet meedenken bij kaartspellen.

יש לשרוף
הבשר לא צריך לשרוף על הגריל.
ysh lshrvp
hbshr la tsryk lshrvp ’el hgryl.
branden
Het vlees mag niet branden op de grill.

להסתכל
יכולתי להסתכל למטה לחוף מהחלון.
lhstkl
ykvlty lhstkl lmth lhvp mhhlvn.
naar beneden kijken
Ik kon vanuit het raam naar het strand beneden kijken.

משווים
הם משווים את הספרות שלהם.
mshvvym
hm mshvvym at hsprvt shlhm.
vergelijken
Ze vergelijken hun cijfers.

סוגרת
היא סוגרת את הוילונות.
svgrt
hya svgrt at hvylvnvt.
sluiten
Ze sluit de gordijnen.
