Woordenlijst
Leer werkwoorden – Litouws

pridėti
Ji prie kavos prideda šiek tiek pieno.
toevoegen
Ze voegt wat melk toe aan de koffie.

norėti
Ji nori palikti savo viešbutį.
willen verlaten
Ze wil haar hotel verlaten.

aplankyti
Gydytojai kasdien aplanko pacientą.
langskomen
De artsen komen elke dag bij de patiënt langs.

reikšti
Ką reiškia šis herbas ant grindų?
betekenen
Wat betekent dit wapenschild op de vloer?

apsaugoti
Mama apsaugo savo vaiką.
beschermen
De moeder beschermt haar kind.

dalyvauti
Jis dalyvauja lenktynėse.
deelnemen
Hij neemt deel aan de race.

pristatyti
Jis pristato savo naują draugę savo tėvams.
voorstellen
Hij stelt zijn nieuwe vriendin voor aan zijn ouders.

spausdinti
Knygos ir laikraščiai spausdinami.
drukken
Boeken en kranten worden gedrukt.

pasiūlyti
Ji pasiūlė palaitinti gėles.
aanbieden
Ze bood aan de bloemen water te geven.

reikėti išeiti
Man labai reikia atostogų; man reikia išeiti!
moeten gaan
Ik heb dringend vakantie nodig; ik moet gaan!

sujungti
Kalbų kursas sujungia studentus iš viso pasaulio.
samenbrengen
De taalcursus brengt studenten van over de hele wereld samen.
