Woordenlijst

Leer werkwoorden – Adygees

cms/verbs-webp/120900153.webp
выходить
Дети, наконец, хотят выйти на улицу.
vykhodit‘
Deti, nakonets, khotyat vyyti na ulitsu.
uitgaan
De kinderen willen eindelijk naar buiten.
cms/verbs-webp/110233879.webp
создавать
Он создал модель для дома.
sozdavat‘
On sozdal model‘ dlya doma.
creëren
Hij heeft een model voor het huis gecreëerd.
cms/verbs-webp/96571673.webp
красить
Он красит стену в белый цвет.
krasit‘
On krasit stenu v belyy tsvet.
schilderen
Hij schildert de muur wit.
cms/verbs-webp/112755134.webp
звонить
Она может звонить только во время обеденного перерыва.
zvonit‘
Ona mozhet zvonit‘ tol‘ko vo vremya obedennogo pereryva.
bellen
Ze kan alleen bellen tijdens haar lunchpauze.
cms/verbs-webp/118780425.webp
пробовать
Главный повар пробует суп.
probovat‘
Glavnyy povar probuyet sup.
proeven
De chef-kok proeft de soep.
cms/verbs-webp/115291399.webp
хотеть
Он хочет слишком много!
khotet‘
On khochet slishkom mnogo!
willen
Hij wil te veel!
cms/verbs-webp/75508285.webp
ждать
Дети всегда ждут снега.
zhdat‘
Deti vsegda zhdut snega.
verheugen
Kinderen verheugen zich altijd op sneeuw.
cms/verbs-webp/51573459.webp
подчеркивать
Вы можете хорошо подчеркнуть глаза макияжем.
podcherkivat‘
Vy mozhete khorosho podcherknut‘ glaza makiyazhem.
benadrukken
Je kunt je ogen goed benadrukken met make-up.
cms/verbs-webp/101742573.webp
красить
Она покрасила свои руки.
krasit‘
Ona pokrasila svoi ruki.
schilderen
Ze heeft haar handen geschilderd.
cms/verbs-webp/119302514.webp
звонить
Девочка звонит своему другу.
zvonit‘
Devochka zvonit svoyemu drugu.
bellen
Het meisje belt haar vriendin.
cms/verbs-webp/57207671.webp
принимать
Я не могу это изменить, мне приходится это принимать.
prinimat‘
YA ne mogu eto izmenit‘, mne prikhoditsya eto prinimat‘.
accepteren
Ik kan dat niet veranderen, ik moet het accepteren.
cms/verbs-webp/120200094.webp
смешивать
Вы можете приготовить здоровый салат из овощей.
smeshivat‘
Vy mozhete prigotovit‘ zdorovyy salat iz ovoshchey.
mengen
Je kunt een gezonde salade met groenten mengen.