Woordenlijst

Leer werkwoorden – Litouws

cms/verbs-webp/102167684.webp
lyginti
Jie lygina savo skaičius.
vergelijken
Ze vergelijken hun cijfers.
cms/verbs-webp/111063120.webp
pažinti
Nepažįstami šunys nori vienas kitą pažinti.
leren kennen
Vreemde honden willen elkaar leren kennen.
cms/verbs-webp/105681554.webp
sukelti
Cukrus sukelia daug ligų.
veroorzaken
Suiker veroorzaakt veel ziekten.
cms/verbs-webp/105875674.webp
spirti
Kovo menų mokymuose, turite mokėti gerai spirti.
schoppen
In vechtsporten moet je goed kunnen schoppen.
cms/verbs-webp/124046652.webp
būti pirmam
Sveikata visada būna pirmoje vietoje!
voorgaan
Gezondheid gaat altijd voor!
cms/verbs-webp/20225657.webp
reikalauti
Mano anūkas iš manęs reikalauja daug.
vragen
Mijn kleinkind vraagt veel van mij.
cms/verbs-webp/129235808.webp
klausytis
Jam patinka klausytis savo nėščios žmonos pilvo.
luisteren
Hij luistert graag naar de buik van zijn zwangere vrouw.
cms/verbs-webp/116877927.webp
įrengti
Mano dukra nori įrengti savo butą.
inrichten
Mijn dochter wil haar appartement inrichten.
cms/verbs-webp/92266224.webp
išjungti
Ji išjungia elektros energiją.
uitzetten
Ze zet de elektriciteit uit.
cms/verbs-webp/59552358.webp
valdyti
Kas valdo pinigus tavo šeimoje?
beheren
Wie beheert het geld in jouw gezin?
cms/verbs-webp/127554899.webp
mėgti
Mūsų dukra neskaito knygų; ji mėgsta savo telefoną.
verkiezen
Onze dochter leest geen boeken; ze verkiest haar telefoon.
cms/verbs-webp/106279322.webp
keliauti
Mums patinka keliauti po Europą.
reizen
We reizen graag door Europa.