Woordenlijst
Leer werkwoorden – Portugees (PT)
explorar
Os humanos querem explorar Marte.
verkennen
Mensen willen Mars verkennen.
superar
Os atletas superaram a cachoeira.
overwinnen
De atleten overwinnen de waterval.
fornecer
Cadeiras de praia são fornecidas para os veranistas.
voorzien
Strandstoelen worden voor de vakantiegangers voorzien.
retirar
Como ele vai retirar aquele peixe grande?
trekken
Hoe gaat hij die grote vis eruit trekken?
entender
Eu não consigo te entender!
begrijpen
Ik kan je niet begrijpen!
ver
Você pode ver melhor com óculos.
zien
Je kunt beter zien met een bril.
beber
As vacas bebem água do rio.
drinken
De koeien drinken water uit de rivier.
ouvir
Ele está ouvindo ela.
luisteren
Hij luistert naar haar.
comparar
Eles comparam suas figuras.
vergelijken
Ze vergelijken hun cijfers.
pensar
Você tem que pensar muito no xadrez.
denken
Je moet veel denken bij schaken.
oferecer
O que você está me oferecendo pelo meu peixe?
aanbieden
Wat bied je me aan voor mijn vis?