Woordenlijst

Leer werkwoorden – Indonesisch

cms/verbs-webp/104135921.webp
memasuki
Dia memasuki kamar hotel.
binnenkomen
Hij komt de hotelkamer binnen.
cms/verbs-webp/120193381.webp
menikah
Pasangan itu baru saja menikah.
trouwen
Het stel is net getrouwd.
cms/verbs-webp/113671812.webp
membagikan
Kita perlu belajar membagikan kekayaan kita.
delen
We moeten leren onze rijkdom te delen.
cms/verbs-webp/121102980.webp
menumpang
Bolehkah saya menumpang dengan Anda?
meerijden
Mag ik met je meerijden?
cms/verbs-webp/108580022.webp
kembali
Ayah telah kembali dari perang.
terugkeren
De vader is teruggekeerd uit de oorlog.
cms/verbs-webp/92145325.webp
melihat
Dia melihat melalui lubang.
kijken
Ze kijkt door een gat.
cms/verbs-webp/112444566.webp
bicara
Seseorang harus berbicara dengannya; dia sangat kesepian.
praten met
Iemand zou met hem moeten praten; hij is zo eenzaam.
cms/verbs-webp/130770778.webp
bepergian
Dia suka bepergian dan telah melihat banyak negara.
reizen
Hij reist graag en heeft veel landen gezien.
cms/verbs-webp/118596482.webp
mencari
Saya mencari jamur di musim gugur.
zoeken
Ik zoek paddenstoelen in de herfst.
cms/verbs-webp/120686188.webp
belajar
Para gadis suka belajar bersama.
studeren
De meisjes studeren graag samen.
cms/verbs-webp/120015763.webp
ingin keluar
Anak itu ingin keluar.
naar buiten willen
Het kind wil naar buiten.
cms/verbs-webp/61389443.webp
berbaring
Anak-anak berbaring bersama di rumput.
liggen
De kinderen liggen samen in het gras.