Woordenlijst

Leer werkwoorden – Afrikaans

cms/verbs-webp/110775013.webp
neerskryf
Sy wil haar besigheidsidee neerskryf.
opschrijven
Ze wil haar zakelijk idee opschrijven.
cms/verbs-webp/105238413.webp
spaar
Jy kan geld op verhitting spaar.
besparen
Je kunt geld besparen op verwarming.
cms/verbs-webp/132305688.webp
mors
Energie moet nie gemors word nie.
verspillen
Energie mag niet verspild worden.
cms/verbs-webp/88615590.webp
beskryf
Hoe kan mens kleure beskryf?
beschrijven
Hoe kun je kleuren beschrijven?
cms/verbs-webp/60395424.webp
spring rond
Die kind spring gelukkig rond.
rondspringen
Het kind springt vrolijk in het rond.
cms/verbs-webp/112408678.webp
nooi
Ons nooi jou na ons Oud en Nuwe partytjie.
uitnodigen
Wij nodigen je uit voor ons oudejaarsfeest.
cms/verbs-webp/119404727.webp
doen
Jy moes dit ’n uur gelede gedoen het!
doen
Dat had je een uur geleden moeten doen!
cms/verbs-webp/60625811.webp
vernietig
Die lêers sal heeltemal vernietig word.
vernietigen
De bestanden worden volledig vernietigd.
cms/verbs-webp/118483894.webp
geniet
Sy geniet die lewe.
genieten
Ze geniet van het leven.
cms/verbs-webp/15441410.webp
uitpraat
Sy wil by haar vriendin uitpraat.
uitspreken
Ze wil zich uitspreken tegen haar vriend.
cms/verbs-webp/121820740.webp
begin
Die stappers het vroeg in die oggend begin.
beginnen
De wandelaars begonnen vroeg in de ochtend.
cms/verbs-webp/78342099.webp
geldig wees
Die visum is nie meer geldig nie.
geldig zijn
Het visum is niet meer geldig.