Woordeskat

Leer Werkwoorde – Nederlands

cms/verbs-webp/66441956.webp
opschrijven
Je moet het wachtwoord opschrijven!
neerskryf
Jy moet die wagwoord neerskryf!
cms/verbs-webp/34979195.webp
samenkomen
Het is fijn als twee mensen samenkomen.
kom bymekaar
Dit’s lekker as twee mense bymekaar kom.
cms/verbs-webp/121820740.webp
beginnen
De wandelaars begonnen vroeg in de ochtend.
begin
Die stappers het vroeg in die oggend begin.
cms/verbs-webp/112408678.webp
uitnodigen
Wij nodigen je uit voor ons oudejaarsfeest.
nooi
Ons nooi jou na ons Oud en Nuwe partytjie.
cms/verbs-webp/120220195.webp
verkopen
De handelaren verkopen veel goederen.
verkoop
Die handelaars verkoop baie goedere.
cms/verbs-webp/117658590.webp
uitsterven
Veel dieren zijn vandaag uitgestorven.
uitsterf
Baie diere het vandag uitgesteek.
cms/verbs-webp/96061755.webp
bedienen
De chef bedient ons vandaag zelf.
dien
Die sjef dien ons vandag self.
cms/verbs-webp/40946954.webp
sorteren
Hij sorteert graag zijn postzegels.
sorteer
Hy hou daarvan om sy posseëls te sorteer.
cms/verbs-webp/61806771.webp
brengen
De koerier brengt een pakketje.
bring
Die boodskapper bring ’n pakkie.
cms/verbs-webp/107852800.webp
kijken
Ze kijkt door een verrekijker.
kyk
Sy kyk deur ’n verkyker.
cms/verbs-webp/75281875.webp
zorgen voor
Onze conciërge zorgt voor de sneeuwruiming.
versorg
Ons opsigter sorg vir sneeuverwydering.
cms/verbs-webp/55119061.webp
beginnen met rennen
De atleet staat op het punt om te beginnen met rennen.
begin hardloop
Die atleet is op die punt om te begin hardloop.