Woordenlijst
Leer werkwoorden – Hebreeuws

אני לא
אני לא שומע אותך!
any la
any la shvm’e avtk!
horen
Ik kan je niet horen!

לסבול
היא לא יכולה לסבול את השירה.
lsbvl
hya la ykvlh lsbvl at hshyrh.
verdragen
Ze kan het zingen niet verdragen.

לסייר
סיירתי הרבה ברחבי העולם.
lsyyr
syyrty hrbh brhby h’evlm.
rondreizen
Ik heb veel rond de wereld gereisd.

לחזור
הוא לא יכול לחזור לבד.
lhzvr
hva la ykvl lhzvr lbd.
teruggaan
Hij kan niet alleen teruggaan.

לעבור
הרכבת עוברת לידנו.
l’ebvr
hrkbt ’evbrt lydnv.
voorbijgaan
De trein gaat aan ons voorbij.

יוצאות
הבנות אוהבות לצאת ביחד.
yvtsavt
hbnvt avhbvt ltsat byhd.
uitgaan
De meisjes gaan graag samen uit.

להצטרף
אפשר להצטרף אליך בנסיעה?
lhtstrp
apshr lhtstrp alyk bnsy’eh?
meerijden
Mag ik met je meerijden?

ביטל
הוא לצערי ביטל את הפגישה.
bytl
hva lts’ery bytl at hpgyshh.
annuleren
Hij heeft helaas de vergadering geannuleerd.

נוסע
הרכב נוסע דרך עץ.
nvs’e
hrkb nvs’e drk ’ets.
doorrijden
De auto rijdt door een boom.

אוכלים
מה אנחנו רוצים לאכול היום?
avklym
mh anhnv rvtsym lakvl hyvm?
eten
Wat willen we vandaag eten?

יודע
הילדים סקרניים מאוד וכבר יודעים הרבה.
yvd’e
hyldym sqrnyym mavd vkbr yvd’eym hrbh.
weten
De kinderen zijn erg nieuwsgierig en weten al veel.
