Woordenlijst
Leer werkwoorden – Deens

beskatte
Virksomheder beskattes på forskellige måder.
belasten
Bedrijven worden op verschillende manieren belast.

ankomme
Flyet ankom til tiden.
aankomen
Het vliegtuig is op tijd aangekomen.

forklare
Bedstefar forklarer verden for sin barnebarn.
uitleggen
Opa legt de wereld uit aan zijn kleinzoon.

arbejde for
Han arbejdede hårdt for sine gode karakterer.
werken voor
Hij heeft hard gewerkt voor zijn goede cijfers.

begrænse
Bør handel begrænses?
beperken
Moet handel worden beperkt?

diskutere
Kollegerne diskuterer problemet.
bespreken
De collega’s bespreken het probleem.

dele
Vi skal lære at dele vores rigdom.
delen
We moeten leren onze rijkdom te delen.

gå
Hvor går I begge to?
gaan
Waar gaan jullie beiden heen?

tænke med
Man skal tænke med i kortspil.
meedenken
Je moet meedenken bij kaartspellen.

følge
Kyllingerne følger altid deres mor.
volgen
De kuikens volgen altijd hun moeder.

være opmærksom på
Man skal være opmærksom på trafikskiltene.
opletten
Men moet opletten voor de verkeerstekens.
